Geelsprietdikkopje - Thymelicus sylvestris
Vliegtijd
1 generatie van midden mei tot eind augustus
met een piek tussen half juni - eind juli.
Habitat
Vooral beschutte en vrij ruige graslanden en bosranden;
Ook op open plekken in bossen.
​
Dikwijls in dezelfde gebieden waar ook volgende soorten voorkomen:
Icarusblauwtje, Hooibeestje, Groot dikkopje, Kleine vuurvlinder, Koevinkje, Oranje zandoogje, Bruin zandoogje en Zwartsprietdikkopje.
​
Waardplanten
Diverse breedbladige grassoorten die al in het voorjaar voedzame scheuten hebben, zoals Geknikte vossestaart, Gestreepte witbol, Gladde witbol, Gewoon timoteegras en Pijpenstrootje.
Nectarplanten
Akkerdistel, Gewone braam en Gewone rolklaver
Bijzonderheden
Opgelet met determinatie! Is erg moeilijk van Zwartsprietdikkopje te onderscheiden. De onderkant van de uiteinden van de antennes moet bekeken worden.
Nood aan aanwezigheid van overjarige grassen met in het najaar afgestorven bladeren waarop de eitjes worden afgezet
​
De trend van het voorkomen van Geelsprietdikkopjes is dalend. Dit is één van de vlindersoorten waarvan we vrezen dat deze het bijzonder slecht doet in onze regio.
Voorkomen in het recente verleden
Balen
Geel
Ham
Meerhout
Mol
Kansgebieden - Zoeksuggesties
Kanaaldijk Meerhout Gestel tot Zittaart
Kanaaldijk Molse Nete
Zoekers
Meerhout: MM
Kanaaldijk Molse Nete: EW
Kan